“Ik dineer met oud brood en pindakaas maar loop wel in Prada”

Masja vertelt in vertrouwen aan Marie Claire.

Masja is een luxedier.

Masja* (28): “Laatst was ik in een dierentuin te gast op een gala voor een kinderstichting. In mijn tien jaar oude feestjurk schepte ik op over mijn goedlopende zaak en gaf ik mijn kaartje aan puissant rijke mensen. Tijdens de benefietveiling even later drukte ik mijn snor. Want ook al straal ik op foto’s naast coryfeeën en zakentycoons, zelf heb ik geen rooie cent.

Ik ben altijd al een luxekipje geweest. Als kind vroeg ik om sokjes met kant en merkartikelen. Schoenen die ik niet chic vond, trapte ik stuk tegen de stoep. Later werd dat alleen maar erger. Jeans van een prijzenstunter kon écht niet. Mijn ouders betaalden veel voor me, maar zijn zeker geen miljonair. En dus werkte ik naast mijn ?middelbareschool en later, naast mijn studie Human Resource Management, in een modezaak. Ik kreeg salaris en korting op kleding. Geweldig vond ik dat. Af en toe mocht ik zelfs met de ?eigenaresse mee inkopen. Daaruit bleek dat ik goed was in het bepalen van trends. In die tijd kwam het fashionbloggen in zwang en ik startte mijn eigen blog. Ik besprak daarop alles wat hip was, inclusief stylingideeën en accessoires. Groot was mijn vreugde toen ik de eerste gratis nagellak opgestuurd kreeg. Ik schreef er een leuke recensie over en prompt kreeg ik een pot dagcrème. Voor ik het wist kwamen de eerste adverteerders. Ik kreeg het steeds drukker met mijn blog en uiteindelijk zegde ik mijn bijbaantje op.

Nooit in een gribuswijk
Na mijn afstuderen ging ik niet solliciteren, ik bleef liever bloggen. In eerste instantie ging het hartstikke goed. Ik verdiende een heel redelijk salaris, terwijl ik gewoon lekker thuis op de bank zat te tikken. Maar ik ben altijd vlug uitgekeken op dingen en na zestien oogpotloden en nog meer gratis prullen was de nieuwigheid er wel vanaf. Ik verlangde naar status, naar dure gratis spabehandelingen en luxe goodiebags. Ik werd eerlijk gezegd gewoon lui. De klad kwam erin. Ook liep in die tijd mijn relatie niet meer lekker. Dat hielp ook niet mee. Mijn vriend en ik gingen uiteindelijk in goed overleg uit elkaar en ik trok bij mijn ouders in. Omdat we destijds voor een vriendenprijs het huis van zijn oma konden kopen en mijn ex daar per se wilde blijven wonen, kocht hij me uit. Ons huis werd getaxeerd en ik kreeg dik een halve ton mee. Dat geld kon hij overigens makkelijk missen. Mijn ex verdient een topsalaris en we hadden er altijd goed van geleefd. Designerkleding, dure etentjes, vakanties naar Thailand: het kon niet op. Mensen wisten niet beter of ook ik was loaded. En dat kwam me altijd prima uit.
Bij mijn ouders thuis op de bank ging het mis. Ik was verdrietig en kreeg de passie voor mijn werk maar niet terug. Daardoor postte ik steeds minder berichten. Mijn bezoekersaantallen holden achteruit en adverteerders haakten af. Omdat ik bang was dat mijn spaargeld zou verdampen, belde ik mijn vorige bazin. Ik wilde het bloggen weer oppakken en twee dagen per week werken. Maar haar boetiek bleek door de recessie over de kop te zijn gegaan. Mijn vroegere werkgeefster, in mijn ogen een vrouw van de wereld, werkte nu als caissière. Ik vond het zo’n afgang. Dat zou mij dus écht niet gebeuren! Uit alle macht probeerde ik mijn blog weer winstgevend te krijgen, want als HRM-medewerker kwam ik nergens aan de slag. Ik had sinds mijn afstuderen nog geen dag werkervaring opgedaan en daar werd ik nu keihard op afgerekend.
Inmiddels vroegen mijn ouders me uit te kijken naar eigen woonruimte. Het was niet de bedoeling dat ik nog veel langer bij hen bleef wonen. Wel boden ze heel lief aan dat ze me financieel zouden ondersteunen zolang ik geen werk vond. Ik ging op zoek naar een eigen woning, maar ?zonder vast contract kon ik niet terecht in de ?particuliere huursector. En ik wilde absoluut niet in een of andere gribuswijk wonen. Ik zat liever piepklein met het juiste adres op m’n visitekaartje, dan in een groot huis tussen roestige fietsen en overvolle vuilcontainers. Omdat mijn ex goed verdiende, had ik altijd veel kunnen sparen. Ik kocht een eenkamerappartement in een chique buurt. Een bevriende interieurstyliste richtte het in met mijn laatste restje geld. Misschien niet zo verstandig, maar ik dacht toen nog dat alles ?wel goed zou komen.

Daar zat ik, financieel compleet aan de grond maar in een hipperdepip appartement. En wat voelde ik me een enorme mislukkeling. Waarom had ik mijn goedlopende blog zo uit m’n handen laten glippen? Ook wilde ik voor mezelf en mijn ouders niet toegeven dat ik door mijn luiheid aan de grond zat. Nu moest ik met al mijn dure mantel-pakjes en designer-heels mijn handje ophouden. De overwaarde van mijn flat is te hoog om in aanmerking te komen voor een bijstandsuitkering. ?Ik red het door mijn superlage woonlasten en de maandelijkse toelage van mijn ouders, want mijn telefoon en ziektekostenverzekering moeten natuurlijk ook betaald worden. Gelukkig heb ik een zaterdagbaantje kunnen vinden. Elk weekend werk ik in een kledingwinkel in de buurt. ‘Puur voor de hobby’, zeg ik tegen iedereen. Ik sta er een hele zaterdag voor honderd euro, want de eigenaresse zegt doodleuk: ‘Voor jou tien anderen.’ Dat geld gebruik ik voor boodschappen.
Tegen zakenrelaties, kennissen en nieuwe klanten lieg ik dat mijn woning mijn kantoor is. Ze denken dat ik ergens anders woon. Alleen mijn twee beste vriendinnen en ouders weten hoe ik er werkelijk voor sta. Af en toe krijg ik een tas boodschappen of ze trakteren op een avondje bioscoop. Dat is tegenwoordig alle glamour in mijn leven. ’s Morgens verdwijnt mijn dekbed van de dure loungebank in de muurkast, en voilà: mijn kantoor is klaar. Ik heb een eethoek met daarop mijn laptop en een ?stapel vakbladen en demomateriaal. ‘Wat een informele werkplek,’ juicht iedereen. ‘Wat vernieuwend!’ In mijn keuken staat een peperdure espressoautomaat die op een kantoor niet zou misstaan. Zakelijke lunches omzeil ik door mensen rond lunchtijd hier te vragen omdat ik zogenaamd krap in mijn tijd zit. Dan koop ik goedkope garnalen en eieren en maak ik heel trendy een frittata die ik kakkineus serveer met boerenbrood en truffelolie. Dat ik datzelfde brood die avond opeet met pindakaas erop, weet niemand. ?Ik heb gewoon geen ene rotcent. Mijn kasten ?hangen gelukkig nog vol met oude maar goede designeritems die ik handig weet te combineren. En ik leen veel bij vriendinnen.
Het beetje geld dat ik verdien met mijn blog gaat op aan luxe etentjes. Ik ben een graag geziene gast in een paar trendy restaurants waar ik goed kan netwerken. Ik nodig zakenrelaties uit, maar nog liever zorg ik ervoor dat ík word meegenomen en daar weer gezien word door anderen. Want mensen willen pas met je in zee als ze zien dat je succesvol bent en geld hebt. Als je rondjes geeft, kunt meepraten over nieuwe eetcafés en als je succesvol lijkt, trek je vanzelf weer succes aan.

Één grote goochelshow
Het werkt als een magneet. En dus doe ik er alles aan om aan dat beeld te voldoen. Ik netwerk me suf voor gratis advertenties voor mijn blog in ruil voor wat copywriting of goede recensies die ik schrijf. Alles heb ik ervoor over om maar niet ook te eindigen als caissière, zoals mijn ex-bazin.
Dat ik in die dure cafés en restaurants helemaal niet op mijn gemak zit omdat ik bang ben dat mijn ouders horen dat ik schelviscarpaccio eet en champagne drink, weet niemand. Het voelt toch alsof ik hun geld zit te verbrassen. Ik probeer het later met mezelf goed te maken door thuis diepvriespizza’s van één euro te eten, de kachel niet aan te doen of een oude Prada-tas te verkopen.
Intussen werk ik hard om mijn blog weer nieuw leven in te blazen. Ik mail producenten en probeer trends als eerste te vinden. Daar ben ik goed in en ik weet dat het me met hard werken weer moet lukken. Uit alle macht probeer ik nieuwe opdrachten binnen te harken en geld te verdienen. Ik doe het dan wel met een grote lach, maar inwendig schaam ik me kapot. Want mijn leven is één grote goochelshow. Bij alles wat ik doe denk ik: hoe red ik me hier nou weer uit? Wat de mensen zien, is een grote leugen. Het prinsesje van toen is een ordinaire armoedzaaier geworden die mensen de illusie probeert te geven dat hun product alleen bij haar in goede handen is. Er druppelen net genoeg opdrachten binnen om me te redden, maar ik hoop dat de markt snel weer aantrekt en ik weer op eigen benen kan staan. Want wat snak ik ernaar om mijn oude leventje weer terug te hebben en straks mijn eigen champagne weer te kunnen betalen!”

* Op verzoek van Masja is haar naam veranderd.

Ik heb mijn man stiekem onterfd” >>

Laatste nieuws