Window on the world: als je alles moet achterlaten

De 37-jarige Rim vluchtte uit Syrië en vertelt over het waardevolste voorwerp dat ze meenam: "Het gaf me de kracht om door te gaan"

Je huis staat in de fik: wat neem je mee? Foto’s, geld, sieraden. Maar wat als er geen brand is, maar een allesverwoestende oorlog waarvoor je je thuisland moet ontvluchten? Rim (37) vertelt over het waardevolste voorwerp dat ze meenam.

Rim is 37 jaar, gevlucht uit Homs (Syrië) en sinds anderhalf jaar in Nederland. Ze heeft twee zoons van 15 en 18 en is gescheiden.

Voordat ik naar Nederland vluchtte, verbleven we vier jaar in Libanon. In eerste instantie waren we daar voor een korte vakantie naartoe gegaan. Maar ondertussen verslechterde de situatie thuis enorm en daarom nam ik het moeilijke besluit om niet terug te gaan; het was te gevaarlijk. Langer dan vier jaar kon ik niet in Libanon blijven, want de scholen zijn er erg duur. En ik mocht daar niet werken, dus mijn geld raakte op. Om hen niet ongerust te maken, zei ik tegen mijn moeder en zoons dat ik er een paar dagen tussenuit ging, maar in werkelijkheid begon ik aan mijn vlucht naar Engeland. Eerst naar Turkije en toen met een veilige boot naar Griekenland, waar ik om nog onduidelijke redenen drie dagen in de gevangenis werd gegooid. Na mijn vrijlating vloog ik via Italië naar Nederland. Gelukkig mocht ik hier blijven. 

Tijdens mijn reis droeg ik een ketting die ik van mijn zoons kreeg voor Moederdag. Deze gaf me de kracht om door te gaan. Pas toen ik officieel hoorde dat ik in Nederland mocht blijven, belde ik naar huis om te vertellen waar ik was. Wist ik veel dat het nog een heel jaar zou duren voordat ik mijn familie weer zou zien. Er bleek allemaal gedoe met papierwerk, met toestemming van hun vader. Zij zaten al die tijd in Libanon bij mijn moeder en ik hier, zo ver weg, in Nederland. Het was de moeilijkste tijd uit mijn leven. Door mijn ongeplande vlucht uit Syrië heb ik van niemand afscheid kunnen nemen. Maar inmiddels is bijna iedereen weg: vrienden zijn gevlucht naar Turkije of Saoedi-Arabië, mijn moeder en zus wonen in Libanon, mijn vader en broer in Roemenië.

In Syrië werkte ik als spraaktherapeut en marketingmanager. Hier moet ik alles opnieuw opbouwen, dat vind ik soms nog moeilijk. Ik hoop een leuke baan te vinden, op een klantenservice bijvoorbeeld. Maar het belangrijkst vind ik dat mijn jongens het goed doen. Ze vinden het leuk op school en denken weinig aan Syrië – zij herinneren zich vooral Libanon. Ik vertel ze veel over waar ze vandaan komen, maar zij zien Syrië niet als thuis. Nederland is nu hun thuis.”

Ook Rania (46) vluchtte en vertelt haar verhaal >

Tekst: Milou van der Will | Fotografie: Eline Hensen

Laatste nieuws